"Het personeel is veilig," aldus een woordvoerder van het voormalige IHC
Caland woensdag. De toeleverancier aan de olie- en gasindustrie is het enige
grote Nederlandse bedrijf dat nog actief is in Myanmar.
SBM Offshore heeft er twintig man werken op een olieopslaginstallatie, in
Myanmarese wateren 164 kilometer voor de kust van het Aziatische land. Het
aan de Amsterdamse beurs genoteerde hoofdfonds werkt samen met het
Maleisische staatsoliebedrijf Petronas.
Voor het op- en afstappen van het platform hoeven de werknemers van SBM geen
stap op Myanmarese bodem te zetten. Mobilisatie gaat via Thailand en
Singapore, aldus de woordvoerder.
Alle grote Nederlandse bedrijven hebben Myanmar in de loop der jaren verlaten.
De Nederlandse regering voert al jaren een ontmoedigingsbeleid vanwege de
schending van de mensenrechten door het militaire bewind. Wel is er nog een
aantal Nederlandse houtbedrijven en een enkel reisbureau actief, aldus een
woordvoerster van de stichting Birma Centrum Nederland.
SBM Offshore is niet van plan de werkzaamheden in Myanmar te staken. "Wij
plegen geen contractbreuk," aldus de woordvoerder. Het contract met Petronas
loopt tot 2015. De zegsman verklaarde verder dat de mensenrechten in het
land "anders moeten" en dat SBM Offshore de afgelopen jaren "geen enkele
nieuwe initiatieven heeft genomen om nieuwe activiteiten te ontplooien".
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl